Fort Berchem

ca. 1642

Terug naar overzicht

Het Zwin was onderdeel van de vaarroute van en naar de toenmalige handelsmetropool Brugge en zijn voorhavens Sluis en Damme. Toen de Zwinstreek rond 1580 de zijde van de Opstand koos was het er de Spanjaarden dan ook alles aan gelegen om dit welvarende gebied te heroveren.

In 1584 werden Brugge en Damme ingenomen door de Spaanse veldheer Alexander Farnese (vanaf 1586 hertog van Parma). Drie jaar later belegerde hij Sluis. Om bevoorrading van de stad vanuit Zeeland te beletten sloot hij ten noorden van Sluis het Zwin af met een schipbrug, die aan weerzijden werd beschermd door forten. 

 

Na de val van Sluis werd het bruggenhoofd op de rechteroever verbouwd en kreeg de naam fort Terhofstede, genoemd naar het nabijgelegen gehucht. Het fort had voortdurend te lijden van de schurende werking van het getij. Tijdens een stormvloed in 1597 spoelde het bijna helemaal weg. De enige twee overgebleven, oostelijke bastions werden daarna ingekrompen tot onderling met elkaar verbonden redoutes (kleine, eenvoudige verdediginsgwerken) en opgenomen in de zeedijk. 

 

In 1604 veroverden Staatse troepen onder prins Maurits een groot deel van het huidige West-Zeeuws-Vlaanderen en kwam de rechteroever van het Zwin definitief in Staatse handen.

Op een kaart uit 1627 is ter hoogte van het toen inmiddels verdwenen fort Terhofstede, vlak achter de zeedijk een wachthuis afgebeeld. Wachthuizen waren vierkante gebouwtjes met een of meer verdiepingen, die destijds op veel plaatsten ter bewaking langs vaarwegen stonden. Vaak waren ze omgeven door een gracht en / of aarden wal.

Omstreeks 1643 verrees op de plaats van het wachthuis de redoute Berchem: een vierkant fort met aarden wallen, omgeven door een gracht en voorzien van een wachtgebouw en logementen. In 1666, tijdens een pestepidemie, werd het fort ingericht als onderkomen voor zieke militairen afkomstig uit het garnizoen van de vesting Retranchement. Tegen het einde van de 17e eeuw werd fort Berchem opgeheven en gesloopt.

 

Fort Berchem is in 2010 gereconstrueerd aan de hand van archeologisch onderzoek.  Hierbij werden twee grachten gevonden. De ene omsloot een terrein van ongeveer 67 bij 62 m en de andere lag daarbinnen en mat 54 bij min. 54 m. De laatste gracht lag waarschijnlijk rond het wachthuis uit de eerdere fase. Aan de zuidoostzijde van de oudste gracht werden resten van een beschoeiing of lichte brugconstructie gevonden. Centraal op het binnenterrein werden restanten van een ronde bakstenen waterput aangetroffen, die zeer waarschijnlijk al aanwezig was in de tijd van het wachthuis.


Het gereconstrueerde fort is vrij te betreden.