Gent, een rebelse versterkte stad

1540-1545

Terug naar overzicht

In de aanloop van de godsdiensttroebelen in de 16de eeuw beschikte Gent enkel over zijn niet-aangepaste middeleeuwse versterkingen. De enige "moderne" fortificatie was het zogenaamde Spanjaardenkasteel dat Keizer Karel als een soort dwangburcht in 1540 had laten bouwen om de Gentenaars onder de knoet te houden. Dit fort was meteen ook de eerste toepassing van bastions in de Nederlanden. Het was een vierkant fort in natuursteen opgetrokken op de plaats van de afgebroken Sint-Baafsabdij. Vandaag is in de kaaimuur van de Napoleon de Pauwvertakking waar deze uitgeeft op de Visserijvaart nog een bastion te herkennen in de natuursteen die zich aftekent tegen de baksteen.

Met het uitroepen van de Calvinistische Republiek (1577-1584) gaat Gent zich in allerijl versterken en worden bestaande vestingwerken aangepast, vaak door ze in te werken in aarden wallen, door nieuwe grachten te graven en bastions en ravelijnen in aarde te voorzien. Hoewel bijna alle restanten vandaag zijn verdwenen, bemerk je bijvoorbeeld tussen Ledeberg en Gent Keizerpoort nog een vreemde tweede kanaal. Bekijk je het op kaart dan herken je er nog de driehoekige uitstulpingen van ravelijnen in.

Het vreemde natuurstenen torentje, ook wel "Peperbus" genoemd, dat uitsteekt over de Schelde aan de Isabellakaai is nog zo'n overblijfsel van de nieuwe versterking. Het was een wachttorentje op het einde van de muur/versterking tussen Heuvelpoort tot de Kortrijksepoort dat over de Schelde moest uitkijken.


Op de plaats van het huidige Citadelpark werd in de periode 1671-1694 het Montereyfort opgericht dat op zijn beurt begin 19de eeuw de plaats moest ruimen voor de citadel, die vervolgens in 1907 definitief verdween ten voordele van een park.

De gehele zogenaamde kleine ring is overigens aangelegd op de versterkingen uit die periode, wat meteen verklaard waarom er zo weinig van over is. De driehoekvorm die Gent voor eeuwen heeft gekenmerkt gaat dus terug tot die tijd.